Van binnen naar buiten: rol van de gemeente bij re-integratie van (ex-)gedetineerde inwoner

Per jaar keren ongeveer 30.000 ex-gedetineerden terug in de samenleving. Meer dan de helft van deze groep valt terug in strafbaar gedrag. Hoe staat jouw gemeente ervoor? Heb je deze (ex-)gedetineerde inwoner(s) goed in het vizier? Detentie is een fase in het leven van de inwoner waar je als gemeente geen invloed op hebt.  Of toch wel? Bij terugkeer in de samenleving wordt in vrijwel alle gevallen een beroep op de gemeente van herkomst gedaan. Kan de gemeente bijdragen aan het verminderen van recidive? Jazeker! Vanuit een levensloopbenadering ligt de regie bij de gemeente. 

Vrijblijvende rol of inspanningsverplichting?
Gemeenten zijn primair verantwoordelijk voor de re-integratie van hun ex-gedetineerde burgers (Wmo). Nog lang niet alle gemeenten pakken deze rol ook tijdig en voeren hier echt regie over. In juli 2019 is door Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), gemeenten en de 3 reclasseringsorganisaties (3RO) een vernieuwd bestuurlijk akkoord voor re-integratie ex-gedetineerde burgers ondertekend (1), waarin afspraken zijn vastgelegd over de samenwerking rondom re-integratie van (ex-)gedetineerde burgers.

Initiatief
Het heeft veel voordelen om als gemeente al snel betrokken te zijn in dit soort situaties, onder andere voor huisvesting, uitkering of schulden. De gemeente krijgt op de eerste dag van detentie een automatische melding en kan, indien zij wil, betrokken worden bij het detentie- en re-integratietraject (D&R plan). Zij dient hiervoor zelf contact op te nemen met de betreffende Penitentiaire Inrichting (PI), anders zoekt een casemanager later in het traject alsnog contact met de gemeente.

Basisvoorwaarden
Zonder inkomen, een financiële buffer en werk/dagbesteding is het onmogelijk om na detentie weer een bestaan op te bouwen. Helaas is het niet vanzelfsprekend dat deze basisvoorwaarden snel op orde zijn.

De gemeente richt de processen in om aan deze basisvoorwaarden te kunnen voldoen. Zo heb je het proces om te komen tot een geldig identiteitsbewijs voor de aanvraag van een uitkering met actuele pasfoto’s. Zowel pasfoto’s als een identiteitsbewijs kosten geld en het duurt toch al gauw weer een week voordat een en ander gereed is. Het proces voor de aanvraag voor een uitkering kan maximaal acht weken duren en een eventueel voorschot kun je pas na vier weken ontvangen. Als de aanvullende bewijsstukken nog niet zijn aangeleverd kan het zelfs zestien weken duren voordat een uitkering wordt toegekend. Het vinden van een baan na detentie is vaak lastiger. Als gemeente kun je tijdig kijken voordat iemand uit detentie komt welke mogelijkheden er zijn voor een dagbesteding of werk na detentie. Dit is erg belangrijk, want werk zorgt voor structuur, geeft een verbeterd zelfbeeld en sociale contacten.

Als we deze processen zo schetsen laat dat al zien hoeveel tijd er voorbij kan gaan voordat deze basisvoorwaarden geregeld zijn en de vraag is dan ook: hoe kan iemand in de tussentijd in zijn eerste levensbehoeften voorzien? De regie om deze  hele situatie in kaart te brengen en te kijken welke mogelijke gevolgen er zijn, ligt bij de gemeente.

Tussen wal en schip
In beleidstermen vallen de (ex-)gedetineerde inwoners vaak tussen wal en schip. Het is belangrijk om als gemeente zicht te houden op deze groep kwetsbare personen die ondersteuning en begeleiding nodig heeft om grotere problematiek te voorkomen of om veiligheid in de wijk te garanderen.

Ketensamenwerking
Niet alleen de gemeente, DJI en 3RO spelen een rol in het re-integratieplan, maar ook lokale en (boven)regionale zorgaanbieders, het sociaal netwerk of vrijwilligersorganisaties.

Een zorgnetwerk of het veiligheidshuis binnen de gemeente of regio draagt eraan bij dat betrokken instanties rondom de inwoner goed op de hoogte zijn van elkaars rollen en taken. Het uitgangspunt is gezamenlijke verantwoordelijkheid voor een goede verbinding tussen veiligheid en zorg. Er zijn gemeenten die een coördinator nazorg ex-gedetineerden aangesteld hebben om deze samenwerking te organiseren en regisseren. Voor een betere samenwerking tussen gemeenten en regio’s is er ook een Verbindend Landelijk OndersteuningsTeam (VLOT) (2) in het leven geroepen.

Geld voor re-integratie
Nog niet alle gemeenten maken aanspraak op de bijdrageregeling Begeleiden (ex-) gedetineerden voor Wonen en Werken (3). Zo’n 75% van de gemeenten voert een actief nazorgbeleid.  Op jaarbasis heeft het ministerie van Justitie en Veiligheid € 2,4 miljoen beschikbaar gesteld. Daarnaast spelen ook vrijwilligersorganisaties een belangrijke rol in re-integratie. Zij kunnen hiervoor een subsidie aanvragen bij DJI. Hiervoor is € 4,1 miljoen per jaar beschikbaar.

Wat kan er in jouw gemeente nog verbeterd worden om recidive te voorkomen en een veiligere gemeente te creëren?

Deel dit Bericht:

Meer artikelen.